Wetsvoorstel ter verduidelijking onderscheid werknemer / ZZP-er: verhelderend?

Het langverwachte wetsvoorstel ‘Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden’ (VBA) werd op 6 oktober jl. ter consultatie gepubliceerd. Het wetsvoorstel heeft – als het wordt ingevoerd – grote gevolgen voor ondernemers die ZZP’ers inzetten.
De regels omtrent werknemers en zelfstandigen worden verduidelijkt en aangescherpt. Tenminste, dat is de bedoeling van de regering.
Meer mensen die nu als schijnzelfstandigen aan de slag zijn, zullen daardoor als werknemers worden aangemerkt. Maar erg helder zijn de nieuwe regels niet.

Het nieuwe toetsingskader

Het kernidee van het wetsvoorstel is het verhelderen van het begrip ‘gezagsverhouding’. Door dit begrip wordt namelijk bepaald of er sprake is van een werknemer of een echte ZZP-er. Er worden drie hoofdelementen toegevoegd aan de wettelijke definitie van de arbeidsovereenkomst (artikel 7:610 BW).

Deze hoofdelementen moeten duidelijkheid scheppen over de aanwezigheid van een gezagsverhouding of juist zelfstandigheid. Het wetsvoorstel markeert daarmee een verandering ten opzichte van de ‘holistische benadering’ in de rechtspraak, waarbij alle feiten en omstandigheden werden beoordeeld om vast te stellen of er sprake was van een ZZP-er of een verkapt dienstverband.

De drie hoofdelementen zijn als volgt:

A. Werkinhoudelijke ondergeschiktheid: dit element beoordeelt in hoeverre de werkgever aanwijzingen kan geven over de uitvoering van het werk en controle heeft over de werkzaamheden.

B. Organisatorische inbedding: dit betreft de vraag of de werkzaamheden binnen de organisatie van de werkgever vallen, tot de kernactiviteiten behoren en een structureel karakter hebben. Ook wordt gekeken of werknemer zelf als het ware is ingebed in de organisatie doordat hij/zij de werkzaamheden “zij-aan-zij” uitvoert naast de eigen werknemers die vergelijkbaar werk verrichten.

Beide hoofdelementen A en B duiden op de aanwezigheid van een dienstverband.

C. Werken voor Eigen rekening en risico: element C ziet juist op factoren die het zelfstandig ondernemerschap aantonen binnen de werkrelatie: zoals het lopen van financiële risico’s, verantwoordelijkheid voor gereedschap en materialen, specifieke vaardigheden die niet standaard in de organisatie van de werkgever aanwezig zijn, de zelfstandige positie naar buiten toe, en de duur van de opdracht.

Als de weging van al deze drie elementen (a en b ten opzichte van c)  geen eenduidig antwoord geeft, dan wordt er gekeken naar een vierde element: C+. Dit element C+ bekijkt of de ZZP-er zich doorgaans als ondernemer gedraagt in vergelijkbare werkzaamheden buiten de betreffende arbeidsrelatie. Bijvoorbeeld door voor meerdere opdrachtgevers te werken, actief met acquisitie te zijn etc.
De uitkomst van C+ geeft dan de doorslag en bepaalt of de status werknemer of ZZP-er is.

 

Rechtsvermoeden

Het wetsvoorstel introduceert ook een civielrechtelijk rechtsvermoeden. Als een werkende onder een bepaald uurtarief wordt betaald (het voorstel is € 32,24) kan hij / zij zich beroepen op het rechtsvermoeden en alsnog een dienstverband claimen.
Als de werkgever dit betwist, kan de zaak aan de rechter worden voorgelegd. Het is dan aan de werkgever om aan te tonen dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst.

 

Conclusie

Uit de enorme hoeveelheid commentaar op dit wetsvoorstel blijkt dat het er toch allemaal niet duidelijker op wordt. De onzekerheid of er nu wel of niet op basis van een opdrachtovereenkomst kan worden gewerkt neemt alleen maar toe.
Hoewel het wetsvoorstel ‘verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden’ beoogt om de beoordeling van arbeidsrelaties te verhelderen, is de nieuwe definitie nog steeds complex en vatbaar voor interpretatieverschillen.

TIP:
Het is hoog tijd om het beleid over de inzet van ZZP-ers binnen de organisatie tegen het licht te houden. Niet alleen vanwege dit wetsvoorstel , maar ook vanwege de recente rechtspraak. Bovendien gaat de Belastingdienst per 1 januari 2025 actief handhaven op schijnzelfstandigheid.

Kloppen de ZZP-contracten nog wel met de werkelijke inzet? Hoe kun je het zelfstandig ondernemerschap beter tot zijn recht laten komen in opdrachtovereenkomsten? Kunnen we ZZP-ers beter in dienst nemen, maar wat als ze zelf niet willen?
Allemaal vragen waar wij bij de Raadgevers graag met je over meedenken!

Neem voor een advies gesprek over de ZZP-inzet binnen je bedrijf contact op met je accountjurist of bel ons via 088-1331133 of stuur een mail naar service@deraadgevers.nl

Start typing and press Enter to search