Ontslag op staande voet wegens het niet eerlijk zijn over de mate van arbeidsongeschiktheid

Werkgevers hebben vaak te maken met zieke werknemers. Er zijn weinig gevallen waarbij het ontslaan van een zieke werknemer is toegestaan. In deze zaak wordt een uitzondering belicht. Het gaat in deze zaak vooral over de mogelijkheid tot het inschakelen van bedrijfsrecherche zonder toestemming van een bedrijfsarts.

Feiten

Werknemer treedt op 1 juli 2019 in dienst bij Ligthart. Op 1 september 2021 is werknemer ziek uitgevallen vanwege heupklachten. De bedrijfsarts constateert dat werknemer krukafhankelijk is bij lopen en re-integratie niet mogelijk is gezien de verslechterde mobiliteit van werknemer.

In de nacht van 29 oktober 2022 heeft de gemachtigde van Ligthart werknemer gezien in een restaurant. De gemachtigde verklaarde dat hij werknemer staand werk zag verrichten in een ander restaurant. Hij beweert dat werknemer contant op zijn benen stond, herhaaldelijk heen en weer liep en bij deze werkzaamheden geen gebruik heeft gemaakt van zijn krukken.

Vervolgens heeft Ligthart een onderzoeksbureau ingeschakeld om de mogelijke werkzaamheden van werknemer te onderzoeken. De bevindingen van het onderzoek waren gelijkwaardig aan de bevindingen van de gemachtigde.

Werknemer is op 16 december 2022 op uitnodiging van Ligthart naar de zaak gekomen. Tijdens het gesprek is werknemer op staande voet ontslagen. Dit is later schriftelijk bevestigd door werkgever.

Oordeel

Het geschil tussen partijen spitst zich toe op de vraag of er sprake is van een rechtmatig gegeven ontslag op staande voet. Hierbij belicht de rechtbank of het inschakelen van  bedrijfsrecherche (onderzoeksbureau) zonder melding bij de bedrijfsarts op de juiste wijze is gedaan.

Tussen niets kunnen en regelmatig zonder krukken kunnen lopen, zit een groot verschil. Het verschil is zo groot en laat zich niet anders uitleggen dan dat bij werknemer een mate van opzet tot misleiding van de bedrijfsarts heeft bestaan. De rechtbank oordeelt dan ook dat doordat het verschil groot is, de melding bij de bedrijfsarts niet nodig was.

De misleiding is een serieuze schending van zijn verplichtingen jegens de werkgever en is voldoende gekwalificeerd als een dringende reden voor het ontslag op staande voet. Opzegging van de arbeidsovereenkomst mag in principe alleen met instemming van de werknemer. In deze zaak bestaat er een dringende reden, dus is het ontslag zonder instemming van de werknemer toegestaan. Het ontslag op staande voet blijft derhalve overeind.

Werknemer wordt tevens veroordeeld om de onderzoekskosten van de bedrijfsrecherche van € 5.863,84 te voldoen.

Tips

Voor werkgevers is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de mogelijkheden tot het inzetten van een bedrijfsrecherche onderzoek naar de zieke werknemer. Het is van belang dat dit op de juiste wijze wordt gedaan. Deze zaak belicht een mogelijkheid en laat zien dat er kans van slagen is als het verschil tussen twee situaties erg groot is.

 

Heb je vragen over dit artikel? Neem dan contact op via 088-1331133 of stuur een mail naar service@deraadgevers.nl

Start typing and press Enter to search