Misstanden aan de kaak stellen vormt geen schending van de geheimhoudingsplicht

Op 9 maart 2021 heeft het Hof Den Haag uitspraak gedaan in een geschil tussen een pedagogische werknemer werkzaam bij een kinderdagverblijf en haar werkgever (ECLI:NL:GHDHA:2021:389).  

De Casus
De werkgever overtreedt de regels van de GGD omtrent de groepsgrootte per leidster binnen het kinderdagverblijf. Op de dag dat GGD kwam inspecteren heeft de werkgever de kinderen die te veel waren, opgevangen in het magazijn van de supermarkt van de buurman van het kinderdagverblijf.
De pedagogische werkneemster dreigt de werkgever met het doen van een melding bij de GGD van deze overtreding. Op een later moment doet de werkneemster daadwerkelijk melding door camerabeelden en WhatsApp-correspondentie aan de GGD te overhandigen. De werkneemster wordt daarop staande voet door de werkgever ontslagen wegens schending van het geheimhoudingsbeding opgenomen in de arbeidsovereenkomst.
Volgens de werkgever is sprake van een valse melding, waardoor zij ten onrechte een boete van
€ 500,00 moest betalen.

De beoordeling: geen schending geheimhouding
De werkneemster dient een verzoekschrift in bij de kantonrechter om het ontslag aan te vechten. De werkneemster meent dat er geen sprake was van een dringende reden voor ontslag op staande voet. Volgens de kantonrechter is het niet juist naleven van de voorschriften van de overheid door een werkgever niet aan te merken als een bedrijfsgeheim. Evenmin is de melding van het niet juist naleven van de voorschriften aan te merken als een schending van het geheimhoudingsbeding. Volgens de kantonrechter is geen sprake van gegronde reden bij de werkgever om het zwaarste middel, ontslag op staande voet, in te zetten vanwege de dreiging van de werkneemster tot het doen van een melding bij de GGD. Het ontslag is dan ook niet rechtsgeldig. De werkneemster heeft recht op doorbetaling van loon tot einde dienstverband, een billijke vergoeding en transitievergoeding.

De werkgever gaat tevergeefs in beroep bij het Hof tegen deze uitspraak. Het Hof is van oordeel dat een geheimhoudingsbeding niet is bedoeld om te voorkomen dat een werknemer overtreding van voorschriften van de overheid kan melden. De werkgever maakt misbruik maakt van het geheimhoudingsbeding door te proberen de werkneemster te beletten om melding te maken bij de GGD van de overtreding van de voorschriften omtrent de groepsgrootte. De GGD is immers een onafhankelijke overheidsinstelling die, met het oog op het algemeen belang en de zorg en het welzijn van de kinderen die aan de werkgever zijn toevertrouwd, een melding van een overtreding van de voorschriften op juistheid toetst.

 

Start typing and press Enter to search