Wat brengt 2025 aan nieuwe regels en wetgeving?
Vanaf 1 januari 2025 moet je als werkgever of ondernemer rekening houden met een aantal nieuwe wetten en wetswijzigingen. Hierbij een overzicht van de belangrijkste (voorgenomen) wijzigingen in 2025.
Per 1 januari gelden voor werkgevers de volgende wijzigingen:
- Het wettelijk minimumloon wordt vanaf 1 januari 2025 verhoogd en wordt voor fulltime werkenden vanaf 21 jaar 14,06 euro per uur.
- Op 1 januari 2025 wordt het Lage-inkomensvoordeel (LIV) afgeschaft. De betaling van het LIV over 2024 zal nog wel plaatsvinden in 2025.
- Een voltijdscontract zal vanaf 2025 voor de WW-premie gedefinieerd worden als een gemiddelde werkweek van meer dan 30 uur, in plaats van 35 uur.
- Thuiswerkvergoeding omhoog, reiskostenvergoeding niet.
- De Belastingdienst heeft aangekondigd om het handhavingsmoratorium op de schijnzelfstandigheid op te heffen.
- Vanaf 2025 mogen gemeenten zero-emissiezones invoeren. In de zero-emissiezones mogen dan alleen nog bestelbussen en vrachtwagens komen die niet te erg vervuilen. Bedrijfsvoertuigen op diesel of benzine met een emissieklasse lager dan Euro 5 mogen die zones niet meer in.
- CO2 rapportage voor bedrijven met meer dan 100 werknemers vanaf 15 januari 2025.
- Vereenvoudiging en verduidelijking van bewijsrecht in civiele procedures per 1 januari 2025.
Schijnzelfstandigheid
De Belastingdienst heeft aangekondigd om vanaf 2025 weer actief te gaan controleren op schijnzelfstandigheid. Het is daarom voor u belangrijk om goed te kijken of een opdrachtnemer ook écht als zzp’er werkt. Of is er misschien sprake van schijnzelfstandigheid?
Waarom is dat nu zo belangrijk?
Wanneer er een overeenkomst van opdracht is getekend tussen een opdrachtgever en zzp’er dan gaan partijen ervan uit dat er geen sprake is van een dienstverband. Echter, de Belastingdienst vindt dat alleen de werkelijke manier waarop in de praktijk wordt samengewerkt bepaalt of er sprake is van een opdrachtnemer-opdrachtgever relatie. Niet de papieren werkelijkheid.
Wanneer de relatie meer kenmerken heeft van een dienstverband, dan moeten alsnog loonheffingen en premies worden betaald. De opdrachtgever wordt dan gezien als werkgever en kan dan eventueel ook een boete opgelegd krijgen.
Wat zijn dan kenmerken op basis waarvan de arbeidsrelatie gekwalificeerd kan worden als een dienstverband? Dat wordt bepaald aan de hand van de 9 gezichtspunten van het Deliveroo-arrest van de Hoge Raad.
- Er is sprake van een gezagsverhouding. Dit houdt in dat de opdrachtnemer zijn werk uitvoert volgens de richtlijnen van de opdrachtgever.
- De opdrachtnemer voert hetzelfde werk uit als het vaste personeel binnen de organisatie.
- De opdrachtgever kan bepalen hoe het werk wordt verricht of wat de werktijden zijn.
- De vergoedingen zijn vergelijkbaar met het salaris dat aan werknemers wordt betaald voor gelijksoortig werk. Daarnaast wordt de vergoeding/salaris voor het werk van tevoren per uur (of per maand) afgesproken en op een vast moment overgemaakt.
- De opdrachtnemer loopt weinig tot geen ondernemersrisico bij het uitvoeren van het werk. Dit ondernemersrisico ziet vooral op.
- Het werk wordt gedurende langere tijd verricht.
- De opdrachtnemer presenteert zich naar buiten niet toe als ondernemer. De opdrachtnemer moet zich voldoende aanbieden voor andere opdrachtgevers. Wanneer dit niet of te weinig gebeurt kan dit worden gezien als een kenmerk van een dienstverband.
- De opdrachtnemer verricht het werk persoonlijk en heeft geen vrijheid om zonder toestemming van de opdrachtgever te laten vervangen.
- De opdrachtnemer heeft geen resultaatverplichting afgesproken. De resultaatverplichting houdt in dat verwacht kan worden dat op een bepaald moment concreet resultaat bereikt wordt, en dat de opdrachtnemer daar ook op aangesproken kan worden.
Let op: Niet aan al deze kenmerken hoeft voldaan te zijn om te spreken van een dienstverband.
Zero-emissiezones
Vanaf 2025 mogen gemeenten zero-emissiezones invoeren. In de zero-emissiezones mogen dan alleen nog bestelbussen en vrachtwagens komen die niet te erg vervuilen. Bedrijfsvoertuigen op diesel of benzine met een emissieklasse lager dan Euro 5 mogen die zones niet meer in. Deze zero-emissiezones komen in ongeveer 30 steden. Mocht je willen weten of deze zones ook van toepassing zijn in jouw stad: https://www.opwegnaarzes.nl/bedrijven/waar-komen-de-ze-zones
Minimumloon & Wijzigingen LIV en LVK
Het wettelijk minimumloon wordt vanaf 1 januari 2025 verhoogd en wordt voor fulltime werkenden vanaf 21 jaar 14,06 euro per uur.
Op 1 januari 2025 wordt het Lage-inkomensvoordeel (LIV) afgeschaft. De betaling van het LIV over 2024 zal nog wel plaatsvinden in 2025.
Daarnaast worden op 1 januari 2025 de bedragen van het Loonkostenvoordeel (LVK) oudere werknemer verlaagd van € 3,05 per verloond uur met een maximum van € 6.000,- per jaar naar
€ 1,35 per verloond uur met een maximum van € 2.600 per jaar. Op 1 januari 2026 wordt het LVK oudere werknemer afgeschaft op dienstverbanden die na 1 januari 2024 zijn begonnen.
Wijziging voltijdscontract WW-premie en nieuwe tarieven
De Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) zorgt ervoor dat werkgevers een lage WW-premie betalen voor werknemers met een contract voor onbepaalde tijd.
Een voltijdscontract zal vanaf 2025 gedefinieerd worden als een gemiddelde werkweek van meer dan 30 uur, in plaats van 35 uur.
Het lage tarief voor vaste contracten met vaste uren wordt vastgesteld op 2,74 procent en het hoge tarief op 7,74 procent. Dit tarief voor tijdelijke contracten, contracten zonder vaste uren en oproepcontracten.
Wijziging overwerken vast contract
Wanneer werknemers met een vast contract op jaarbasis meer dan 30% extra uren werken dan moet de hogere AWf-premie (WW-premie) met terugwerkende kracht worden betaald. Vanaf 2025 worden contracten van gemiddeld meer dan 30 uur per week vrijgesteld van deze regel. Dit is verruiming van de huidige grens van 35 uur per week.
Thuiswerkvergoeding en reiskostenvergoeding in 2025
In 2025 mag je werknemers die thuiswerken een onbelaste vergoeding geven van maximaal 2,40 euro per dag. Dat is 5 cent meer dan in 2024. Ook als werknemers een deel van de dag thuiswerken mag je ze dat bedrag belastingvrij geven.
De reiskostenvergoeding in 2025 blijft hetzelfde als in 2024, namelijk 0,23 euro per kilometer.
Wet implementatie Richtlijn kleineondernemersregeling (KOR)
Vanaf 1 januari 2025 vinden er wijzigingen plaats in de kleineondernemersregeling (KOR).
Voor ondernemers die zaken doen in andere EU-landen wordt het mogelijk om deel te nemen aan de kleineondernemersregeling in de EU. Hiermee kunnen ondernemers een btw-vrijstelling krijgen voor een of meer EU-landen waar zij zakendoen. De totale jaaromzet in de EU moet onder de 100.000 euro blijven.
Daarnaast komt de verplichte minimale toepassingstermijn van drie jaar deelname te vervallen. Na het stoppen met de KOR geldt de wachttijd van drie jaar om weer gebruik te maken van de regeling ook niet meer.
Ook gaat de registratiedrempel voor de vrijstelling van kleine ondernemers van 1.800 euro naar 2.200 euro.
Vrijstelling voor OV-reizen
Vanaf 2025 mogen werkgevers belastingvrij aan werknemers OV-abonnementen en kortingskaarten verstrekken. Dit geldt voor zowel binnenlandse en buitenlandse reizen. De voorwaarde is wel dat de OV-kaart zakelijk wordt gebruikt. Registratie van het gebruik is niet verplicht zolang er sprake is van enig zakelijk gebruik.
Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit
Voor ondernemingen met meer dan 100 werknemers bestaat er een wettelijke verplichting om te rapporteren over de werkgebonden mobiliteit van het zakelijk en woon/werk verkeer van hun werknemers. Zodat de CO2 belasting van dit verkeer in kaart kan worden gebracht.
Vanaf 15 januari 2025 is het mogelijk kunnen de gegevens worden gerapporteerd bij het RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) via een online formulier WPM.
Uiterlijk op 30 juni 2025 moet de rapportage binnen zijn.
Vereenvoudiging en verduidelijking van bewijsrecht in civiele procedures per 1 januari 2025
Per 1 januari 2025 regelt een nieuwe wet hoe partijen vooraf en tijdens een juridische procedure belangrijke informatie kunnen verkrijgen.
Daarnaast krijgt de rechter een actievere rol. Het wordt mogelijk om actief tijdens de zitting met partijen over de feiten te spreken. Zo kan de rechter voorkomen dat bepaalde feiten op de zitting onbedoeld onderbelicht blijven of dat de rechter daaraan een uitleg geeft die de partijen niet hadden bedoeld of waarop de partijen niet bedacht waren.
Heb je vragen over dit artikel? Neem dan contact op met jouw bedrijfsjurist van De Raadgevers via 088 – 133 11 33 of stuur een mail naar service@deraadgevers.nl