Proeftijdontslag: oppassen geblazen

Voor de opzegging tijdens of voorafgaand aan de proeftijd hoeft een werkgever geen redelijke grond te hebben en hoeft hij geen rekening te houden met een opzegtermijn.

Goed werkgeverschap

Echter, er bestaan op deze regel ook weer uitzonderingen. Onlangs heeft de rechter geoordeeld dat een werkgever die een arbeidsovereenkomst met een proeftijd van een maand nog vóór de ingangsdatum opzegt, in strijd handelt met de normen van goed werkgeverschap.

Casus

In deze zaak heeft de werkneemster met succes een uitgebreide en zorgvuldige sollicitatieprocedure doorlopen. Vervolgens heeft een arbeidsvoorwaardengesprek plaatsgevonden. De (toekomstig) werkgever heeft daarin benadrukt dat de werkneemster haar baan, waarin zij al 19 jaar werkzaam was, met een “gerust hart” kon opzeggen, omdat het arbeidsvoorwaardenformulier een rechtsgeldig document is. Daar komt bij dat werkneemster ook al was benaderd door een medewerker of ze eerder wilde beginnen, zodat de vertrekkende collega de werkzaamheden kon overdragen.

Vervolgens bedacht de nieuwe werkgever zich en werd de vrouw nog vóór de ingangsdatum ontslagen met een beroep op de proeftijd.

Oordeel kantonrechter

Naar het oordeel van de kantonrechter heeft de werkgever zich jegens de werkneemster niet als goed werkgever gedragen, nu de werkneemster er op mocht vertrouwen dat ze zou beginnen aan haar nieuwe baan en door dat gewekte vertrouwen haar baan bij haar oude werkgever heeft opgezegd. De werkgever is daarom een schadevergoeding verschuldigd ter hoogte van één maandsalaris. Deze kon het leed van de opgezegde baan, nauwelijks kon vergoeden.

Proeftijdontslag en eerder beginnen

In een andere zaak had de werknemer een arbeidsovereenkomst ondertekend voor de duur van zeven maanden, met een proeftijd opgenomen van één maand. De arbeidsovereenkomst zou aanvangen op 1 september, zodat de proeftijd zou aflopen op 30 september.

De werknemer stelde echter dat de proeftijd op 6 september al zou zijn afgelopen, omdat hij vanaf 6 augustus al is begonnen met het verrichten van werkzaamheden. De werkgever zou hem dan niet meer mogen ontslaan op 19 september.

Uit het oordeel van de kantonrechter volgt dat de proeftijd begint te lopen zodra de werknemer feitelijk aanvangt met het verrichten van werkzaamheden ter uitvoering van de bedongen arbeid. 
De werkgever is dan al in de gelegenheid om zich een beeld te vormen van de kwaliteit en capaciteit van de werknemer.

Dit betekent dat in dit geval de opzegging op 19 september buiten de proeftijd is gedaan.

Daardoor was de opzegging vernietigbaar. In deze zaak heeft de werknemer er echter gekozen om het ontslag te accepteren en in plaats daarvan aanspraak te maken op een billijke vergoeding.

Pas dus op met nieuwe medewerkers alvast laten werken  voordat het arbeidscontract officieel ingaat. Dat kan ertoe leiden dat de proeftijd eerder gaat lopen dan verwacht! Laat je bij vragen vrijblijvend adviseren door onze arbeidsrechtjuristen.

Dit artikel is geschreven door mr. Judith van der Woude, senior arbeidsrechtjurist bij De Raadgevers.

Start typing and press Enter to search