Concurrentiebeding, een serieus beding!
Het afgelopen half jaar zijn er een aantal vonnissen/arresten gewezen, waarbij er een beroep wordt gedaan op de werking van het concurrentiebeding. Hoewel er tussen partijen vaak een concurrentiebeding wordt overeengekomen, proberen werknemers er regelmatig onderuit te komen. Ondanks het feit dat de inhoud van de dossiers van elkaar verschillen, is de uitspraak hetzelfde, namelijk dat de rechter het concurrentiebeding handhaaft. Hieronder worden vier uitspraken besproken waarbij er een beroep wordt gedaan op de werking van het concurrentiebeding.
Rechtbank, locatie Den Haag, ECLI:NL:RBDHA:2024:14248
In deze zaak is de werkneemster voor een periode van 2 jaar in dienst geweest op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Hierin was een concurrentiebeding en een relatiebeding opgenomen, waarbij er tot 24 maanden na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst niet voor een concurrerend bedrijf mocht worden gewerkt. Ongeveer een week na het einde van het dienstverband is de werkneemster in dienst getreden bij een concurrent van de ex-werkgever.
De kantonrechter heeft zich op 17 september 2024 hierover uitgesproken. Hij oordeelt dat het temporeel bereik van de bedingen te lang zijn en dat ze geen geografische beperking bevatten.
De kantonrechter handhaaft zowel het concurrentie- als relatiebeding, maar stelt deze ambtshalve bij met een duur van 12 maanden en een geografisch bereik van 30 kilometer rondom de vestigingsplaats van het bedrijf. De werkneemster heeft op basis van deze aangepaste grenzen het concurrentiebeding overtreden en krijgt derhalve een (gematigde) boete opgelegd.
Gerechtshof, locatie ‘s-Hertogenbosch, ECLI:NL:GHSHE:2024:2461
In deze zaak is de werkneemster in dienst getreden met in de arbeidsovereenkomst een geheimhoudings-, concurrentie- en relatiebeding opgenomen. Werkneemster heeft na 10 jaar bij de opzegging van de overeenkomst aangegeven bij de concurrent in dienst te zullen treden. In het kort geding verzoekt de werkneemster om schorsing van de boete. De kantonrechter heeft vervolgens in eerste aanleg het concurrentiebeding geschorst en de ex-werkgever veroordeeld te gedogen dat de werkneemster bij de nieuwe werkgever in dienst mag treden. De ex-werkgever is hiertegen in hoger beroep gegaan.
Het gerechtshof heeft zich op 30 juli 2024 hierover uitgesproken. Ondanks dat de zwaarwegende bedrijfsbelangen niet deugdelijk zijn gemotiveerd, kan dat niet afdoen aan de geldigheid van het beding. In de procedure was er sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Volgens het gerechtshof is er geen sprake van ernstig verwijtbaar handelen aan de kant van de ex-werkgever. Daarbij is ook voldoende aannemelijk dat de nieuwe werkgever gelijksoortige producten en merken voert als de ex-werkgever en dat de werkneemster over zodanig specifieke kennis beschikt dat de ex-werkgever kan worden benadeeld. Het Hof stelt dat naar verwachting de bodemrechter de werkingsduur van het concurrentie- en relatiebeding zal beperken tot één jaar en oordelen dat de werkneemster dan niet onbillijk wordt benadeeld.
Rechtbank, locatie Rotterdam, ECLI:NL:RBROT:2024:8858
In deze zaak is de werkneemster op 1 februari 2022 in dienst getreden bij een bedrijf die wereldwijd handelt in zuivelproducten. Tussen partijen is een arbeidsovereenkomst tot stand gekomen die een concurrentiebeding bevat. Deze is per 1 juni 2024 opgezegd en per 1 september 2024 wilde de werknemer in dienst treden bij een ander bedrijf dat zich ook bezighoudt met de wereldwijde handel in zuivelproducten. In de procedure vordert de werknemer dat de werking van het concurrentie- en boetebeding worden geschorst of gematigd, zodat hij per 1 september 2024 in dienst kon treden bij de nieuwe werkgever.
De kantonrechter heeft zich op 29 augustus 2024 hierover uitgesproken. Het concurrentiebeding bevat een ruime werkingssfeer, waarbij het gaat om alle bedrijven gelijksoortig aan de ex-werkgever. Ex-werkgever geeft een onderbouwing waaruit blijkt dat dezelfde soort producten worden verhandeld en dat werknemer over gevoelige informatie en specifieke kennis beschikt die gebruikt kunnen worden bij de nieuwe werkgever. Het verweer van de werknemer is echter dat hij is aangewezen op een baan in de zuivelhandel, omdat hij zijn master niet heeft afgerond en alleen werkervaring heeft in die branche. Het is daarbij voor de kantonrechter duidelijk dat de werknemer belang heeft om van 5 naar 2 uur woon-werkverkeer te gaan en dat hij 40% meer zal gaan verdienen, maar dit onderbouwt de vordering onvoldoende. Dit leidt ertoe dat het concurrentiebeding wordt gehandhaafd.
Rechtbank, locatie Rotterdam, ECLI:NL:RBROT:2024:4786
In deze zaak is de werknemer in dienst getreden als projectmanager, waarbij in de arbeidsovereenkomst een voorwaardelijk concurrentiebeding is opgenomen. Op 25 mei 2020 zijn partijen een addendum overeengekomen, waarbij er een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd tot stand komt. Dit lijdt ertoe dat vanaf dat moment ook het concurrentiebeding werking heeft gekregen. Per 1 april 2024 is de werknemer bij een nieuwe werkgever in dienst getreden, dit betreft een concurrent van de ex-werkgever. De ex-werkgever eist de werknemer te veroordelen de werkzaamheden bij de nieuwe werkgever onmiddellijk te staken over de periode tot het einde van het concurrentiebeding.
De kantonrechter heeft zich op 21 mei 2024 hierover uitgesproken. Door ondertekening van het addendum, waarin de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd werd vastgelegd en werd verwezen naar de eerder overeengekomen arbeidsvoorwaarden, waaronder het concurrentie- en boetebeding, is voldaan aan het schriftelijkheidsvereiste. Het concurrentiebeding is dus rechtsgeldig tot stand gekomen. De kantonrechter is van oordeel dat de ex-werkgever voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij door zijn functie over specifieke en niet openbare bedrijfsgegevens bezit, die hij bij zijn nieuwe functie zou kunnen benutten. De kantonrechter acht het voldoende aannemelijk dat de werknemer in de bodemprocedure in ieder geval tot betaling wordt veroordeeld. Er wordt door de kantonrechter een voorschot van € 75.000, – op de verschuldigde boete toegewezen.
Tips:
- Zorg ervoor dat een concurrentie beding schriftelijk wordt overeengekomen. Als dit niet gebeurt, is het beding niet geldig.
- Zorg ervoor dat er een temporeel en geografisch bereik wordt opgenomen en dat deze ook redelijk zijn tegenover de werknemer.
- Zorg ervoor dat het concurrentiebeding is opgenomen in een document dat is ondertekend door de werknemer.
- Let op onze nieuwsbrief, aangezien het vorige kabinet vergevorderde plannen had om de regelgeving rond het concurrentiebeding aan te passen. Uiteraard houden wij u hiervan op de hoogte.
Heb je vragen over dit artikel of wil je je concurrentiebeding laten controleren? Neem dan contact op met je account jurist via 088 – 133 11 33 of stuur een mail naar service@deraadgevers.nl