Ook het Hof wijst boete van € 424.000 toe voor het niet betalen van een lening van slechts € 27.000.

Het Hof Amsterdam sprak zich in hoger beroep op 3 november 2020 uit over de rechtmatigheid van een boetebeding bij het niet-nakomen van de verplichting tot het terugbetalen van een lening.

In deze zaak was er sprake van een situatie waarbij de schuldenaar op 15 oktober 2017 een geldbedrag had geleend van de schuldeiser ter hoogte van
€ 27.500. Dit bedrag zou door schuldenaar terugbetaald moeten worden voor 6 november 2017. Als onderdeel van deze overeenkomst was een boeteclausule opgenomen van € 1.000 per dag dat schuldenaar in gebreke blijft met terugbetaling van de lening. Deze boete was inmiddels opgelopen tot maar liefst € 424.000. De schuldeiser vorderde voor de rechtbank dan ook terugbetaling van de lening, verhoogd met de contractueel overeengekomen boete. De schuldeiser is hierbij niet verschenen.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de gevorderde hoofdsom a € 27.500 niet ongegrond of onrechtmatig was, waardoor deze vordering is toegewezen. Echter, de rechtbank was daarnaast van oordeel dat een boete in beginsel contractueel vastgelegd mag worden, maar deze niet in strijd mag zijn met de openbare orde of goede zeden. De rechtbank oordeelde dan ook dat de boete moreel onaanvaardbaar was vanwege de hoogte van de boete in combinatie met het geleende bedrag en daarnaast geen maximale tijdsduur of een maximaal bedrag was afgesproken.

Het Hof Amsterdam heeft dit oordeel van de rechtbank vernietigd, aangezien de hoogte van de boete afhankelijk was van de gedragingen van de schuldenaar, in dit geval het nalaten tot het terugbetalen van de geldlening. Tevens speelt in het oordeel van het hof mee dat de schuldenaar geen zekerheid op de lening gesteld had, aangezien het in onderpand gegeven Rolex-horloge nep bleek te zijn en de (tevens in onderpand gegeven) auto inmiddels was verkocht door de schuldenaar.

Kortom: wanneer er in een overeenkomst een boeteclausule is opgenomen, is deze boete niet onrechtmatig wanneer een schuldenaar niet betaalt en aldus aan de vereisten voor het vorderen van de boete wordt voldaan. De hoogte van de boete doet dan verder ook niet ter zake.

Het is dan ook raadzaam als schuldeiser om een boetebeding op te nemen in een geldleningsovereenkomst, als sanctie bij niet (tijdige) betaling, naast de (wettelijke) rente die je overeenkomt. Ben je daarentegen schuldenaar, dan is het aan te bevelen in een zo vroeg mogelijk stadium een regeling met de schuldeiser te treffen en de boete niet te laten oplopen.

Heb je vragen over de toepasselijkheid of inhoud van een dergelijk boetebeding, neem dan contact met ons op.

Start typing and press Enter to search