AOW-ers misschien toch recht op transitievergoeding!?

Sinds de invoering van de Wet Werk en Zekerheid heeft de transitievergoeding ons arbeidsrecht verrijkt. Werknemers die langer dan twee jaar in dienst zijn geweest hebben in beginsel recht op transitievergoeding bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst.

De transitievergoeding voor de AOW-er

Dit geldt echter niet voor werknemers die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt.

De gedachte is dat een oudere werknemer met een “riant” pensioen naast de AOW, geen extra vergoeding nodig zou hebben bij einde dienstverband. Maar wat als de oudere werknemer weinig of geen pensioen heeft opgebouwd? En vooral, levert deze uitzondering geen leeftijdsdiscriminatie op?

Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft kortgeleden kritisch naar dit onderdeel van de transitievergoeding gekeken en vond het niet vanzelfsprekend dat AOW-ers geen recht op transitievergoeding hebben.
Het Hof is daarom van plan hierover prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad. 

Leeftijdsdiscriminatie?


De transitievergoeding heeft een tweeledige doelstelling, te weten:

  • Compensatie voor (de gevolgen van) het ontslag;
  • De overgang naar ander betaald werk vergemakkelijken.

De vraag is of de uitsluiting van alle AOW-gerechtigden zich wel verdraagt met de eerste doelstelling die de transitievergoeding heeft. Het zou namelijk oneerlijk kunnen zijn als AOW-ers niet worden gecompenseerd voor de gevolgen van het ontslag, helemaal als zij geen redelijk pensioen hebben opgebouwd. Bovendien zou een AOW-er wellicht ook een andere baan willen na zijn ontslag. Waarom zou een AOW-er dan geen recht krijgen op een transitievergoeding om de overgang naar ander betaald werk te vergemakkelijken? Is dit geen leeftijdsdiscriminatie?

Prejudiciële vraag

Het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch vroeg zich dit ook af in een zaak van een 71-jarige ontslagen werknemer.. De werknemer claimt transitievergoeding van zijn voormalig werkgever.

Voor het Hof is het onduidelijk waarom de doelstellingen niet zouden gelden voor een AOW-gerechtigde. Het Hof is nu van plan om hierover prejudiciële vragen aan de Hoge Raad te stellen. Daarnaast stelt het Hof de vraag of dit onderdeel van de Wet niet in strijd is met een Europese richtlijn, die gaat over op verboden leeftijdsdiscriminatie.

De prejudiciële vragen moeten nog officieel worden ingediend. Daarna is het wachten op een antwoord van de Hoge Raad .

Wellicht biedt artikel 673 lid 8  BW een oplossing. In dit artikel is opgenomen dat het niet toekennen van een transitievergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar kan worden geacht, waardoor de rechter deze vergoeding alsnog kan toekennen. Dat kan ruimte bieden om in een bijzonder geval toch aan een AOW-er een (gedeeltelijke) transitievergoeding toe te kennen.

Voor nu moeten we echter afwachten wanneer de prejudiciële vragen worden gesteld en wat de antwoorden van de Hoge Raad zullen zijn.

Totdat tijdstip hebben AOW-ers formeel geen recht op een transitievergoeding bij einde van het dienstverband.
Wij houden deze ontwikkeling in de gaten.

Wordt vervolgd!

Mw. mr. J. van der Woude
Senior jurist bij De Raadgevers

Uw bedrijf kan gebruikmaken van de kennis en ervaring van De Raadgevers. Onze gespecialiseerde juristen zorgen ervoor dat u juridisch up-to-date bent en blijft. Daardoor bent u voorbereid, kunt u de kosten binnen de perken houden maar belangrijker nog, u bent altijd bij.  Dat noemen wij ‘Ondernemen met een voorsprong!’.

Bel 088 133 11 33 of mail service@deraadgevers.nl en informeer naar de mogelijkheden.

Start typing and press Enter to search